Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, hoe word ik een (nog) effectieve(re) onderzoeker in fraudeland? Bij het onderzoeken van mogelijke fraude probeert de fraudeonderzoeker het gedrag van de fraudeur en het gevolgen van dat gedrag te doorgronden, maar hoe belangrijk is het om jezelf goed te kennen bij het uitvoeren van een onderzoek? Inez Verwey geeft hier een presentatie over op de Dag van de Fraudeonderzoeker in de sessie ‘Psychologie en Rationalisatie’. Kunt u iets over uzelf vertellen?
Inez Verwey: “Na mijn studie bedrijfseconomie aan de Universiteit van Amsterdam ben ik naast mijn werk in de accountancy (EY) aan dezelfde universiteit de postdoctorale opleiding voor Registeraccountant gaan volgen. Mijn afstudeerscriptie in het kader van deze opleiding ging over forensische accountancy, dat kwam begin jaren ‘90 op in Nederland. In die tijd begonnen bij (toentertijd nog) de big five aparte afdelingen te ontstaan voor forensische accountancy. Mijn scriptie werd uitgegeven door EY en ik werd vervolgens gevraagd om binnen de forensische afdeling te komen werken. Ik heb er toen voor gekozen om deze overstap te maken. Binnen de forensische accountancy was ik als een vis in het water. Ik vroeg me altijd al af waarom accountants controleren zoals ze controleren. De controleprogramma’s die accountants tot beschikking hebben, hebben de neiging om ieder jaar bijna hetzelfde te doen bij klanten. Binnen de afdeling forensische accountancy mocht ik zelf de fraudeonderzoeken leiden en kon ik meer “out of the box” denken. Vervolgens ben ik in 2008 begonnen met mijn promotieonderzoek bij de Nyenrode Business Universiteit. Aan deze universiteit ben ik nu verbonden als associate professor en doe ik wetenschappelijk onderzoek op het gebied van auditing & assurance en geef ik onderwijs op dat gebied. Mijn onderzoeksinteresses liggen op het gebied van fraudedetectie en forensische accountancy.”
Wat doet een forensisch accountant bij een accountantskantoor precies?
Inez Verwey: “Een forensisch accountant doet fraudeonderzoeken. Het zijn vaak fraudezaken die spelen bij klanten van accountants binnen het kantoor. Als een klant fraude pleegt, gaat het direct naar de forensische afdeling en deze gaat het dan onderzoeken. Maar ook externe partijen kunnen de forensisch accountants benaderen een fraudeonderzoek uit te voeren. Daarnaast adviseren zij ook op welke wijze een organisatie fraudepreventie kan toepassen. Naast forensisch accountants – met een duidelijk financiële achtergrond – werken op een forensische afdeling ook onder andere juristen, psychologen en soms mensen met een politie-achtergrond. Al die expertises bij elkaar maakt dat onderzoeken effectief kunnen worden uitgevoerd.”
En wanneer werd u gevraagd om promotieonderzoek te gaan doen?
Inez Verwey: “In de tijd dat ik mijn scriptie schreef voor mijn RA-titel, werd mij al gevraagd of ik wilde promoveren. Ik ging destijds net werken in de forensische accountancy, dus ik gaf aan dat ik dat op dat moment niet naast elkaar wilde doen. Rond 2008 werd mij die vraag weer gesteld en op dat moment was ik wel geïnteresseerd. Het intrigeerde mij nog altijd waarom accountants moeite hebben met out of the box denken. Eind 2008 ben ik aan de Nyenrode Business Universiteit begonnen met mijn promotieonderzoek en ben ik daar ook in dienst getreden om volledig onafhankelijk mijn onderzoek te kunnen uitvoeren. Maar ondanks het feit dat ik nu als wetenschapper werkzaam ben, heb ik nog altijd heel veel contact met de accountantskantoren en met forensisch accountants. Verder geef ik regelmatig presentaties over mijn onderzoek en over forensische accountancy in het algemeen.”
Waar ging uw promotieonderzoek over?
Inez Verwey: “Mijn promotieonderzoek richtte zich op de vraag of kritisch zijn, ethisch zijn en het hebben van ervaring met het detecteren van fraude, een betere fraude-ontdekker maakt. Ik heb gekeken naar de verschillen tussen forensische accountants en controlerend accountants. Uit mijn onderzoek is inderdaad gebleken dat forensisch accountants beter fraude ontdekken dan controlerend accountants. Verder bleek een hogere mate van ethisch normbesef en een hogere mate van scepticisme invloed te hebben. Maar met name ervaring met het detecteren van fraude is belangrijk voor forensische accountants. Dat is geen verrassing. Echter, controlerend accountants die fraude hebben meegemaakt, gaan juist slechter presteren. Een fraude bij de eigen klant heeft een grote impact op de accountant waardoor hij ‘geframed’ wordt door specifiek de fraude die hij heet meegemaakt en minder openstaat voor andere fraudemogelijkheden Ook denk ik dat andere, specifiekere persoonseigenschappen een grote rol spelen bij hoe goed iemand is in het ontdekken van fraude. Er is tot op heden nog heel weinig onderzoek verricht op het gebied van de forensische accountancy. Ik denk dat we fraudedetectie bij de controlerend accountant kunnen verbeteren door te kijken naar wat de forensisch accountant zo succesvol maakt.”
Wat maakt iemand een goede fraudeonderzoeker?
Inez Verwey: “Ik denk dat het belangrijk is om nieuwsgierig en assertief te zijn en daarnaast is het van belang om ‘out of the box’ te kunnen denken. Ik ben op dit moment aan het onderzoeken welke persoonseigenschappen iemand beter maakt in fraudedetectie.”
Wat gaat u vertellen op de Dag van de Fraudeonderzoeker?
Inez Verwey: “Ik ga spreken bij het onderdeel psychologie. De twee sprekers voor mij spreken over de psychologie van de fraudeur. Mij is gevraagd om iets te vertellen over de psychologie van de fraude-onderzoeker. Ik heb als titel opgegeven “Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, hoe word ik een (nog) effectieve(re) onderzoeker in fraudeland?” Ik heb voor deze titel gekozen omdat wij als fraudeonderzoeker altijd denken de fraudeur te moeten kennen en deze ook goed kennen. Ik ben van mening dat het belangrijker is om mezelf goed te kennen. Vandaar de spiegel: kijk eens goed in de spiegel, ken jij jezelf wel? Er zijn namelijk veel valkuilen waar je in kunt stappen als onderzoeker en daar zal ik op ingaan tijdens mijn sessie.”
Kunt u daar een voorbeeld van geven?
Inez Verwey: “Stel je bent werkzaam binnen de forensische afdeling bij één van de Big Four en er is fraude bij een klant. Je krijgt een dossier op je bureau en jij als fraudeonderzoeker moet achterhalen over hoeveel fraude het gaat. Als je het dossier leest, lees je verschillende informatie over de zaak. De manier waarop het is opgeschreven en het soort bedrijf waarom het gaat zijn twee dingen die van invloed kunnen zijn op de manier waarop jij als fraude-onderzoeker naar de zaak gaat kijken. Informatie waarvan iemand zich niet bewust is dat het een grote rol speelt.”
Wat wil u bereiken met uw sessie?
Inez Verwey: “Ik wil fraudeonderzoekers meegeven dat ze zich bewust worden van het feit dat er vele onbewuste psychologische mechanismen bestaan. Ik wil de fraudeonderzoekers hier bewust van maken en hen duidelijk maken dat er mechanismen bestaan die ervoor kunnen zorgen dat je minder effectief werkt.”
Wat vindt u van het initiatief om fraudeonderzoekers met diverse achtergronden, opleidingen, kennis en ervaring bij elkaar te brengen op de Dag van de Fraudeonderzoeker?
Inez Verwey: “Ik vind het een goed initiatief. De onderzoekswereld van fraude is heel breed. Ik ken de wereld vanuit de forensische accountancy goed, maar ook bij gemeenten bijvoorbeeld zitten onderzoekers die te maken hebben met fraude. Een heel ander werkveld, echter allebei van doen hebbend met fraude. Verder zijn het privaat en publiek domein waarin fraudeonderzoekers werkzaam zijn, bijna twee verschillende werelden. Op het gebied van samenwerking en aanvulling is nog veel te winnen. Op de Dag van de Fraudeonderzoeker proberen we deze twee bij elkaar te brengen.”
Tot slot, maakt deel uit van de kamer Intern Onderzoek & Waarheidsvinding, kunt u daar iets meer over vertellen?
Inez Verwey: “Er is een veelvoud van soorten onderzoeken op het gebied van fraude (of breder gesteld: waarheidsvinding). Een onderzoek kan zowel buiten als binnen de eigen organisatie uitgevoerd worden. Ook het onderzoeksobject kan velerlei zijn: financiële informatie, interne procedures, etc. In de kamer zitten mensen met verschillende achtergronden, zoals accountants en advocaten. Wij proberen onze gezamenlijke ervaringen te bundelen en te komen tot een soort ‘blauwdruk’ van elementen de in elk soort onderzoek wel van belang is. Wij proberen binnen de kamer kaders te geven waar binnen je een dergelijk onderzoek het beste kan uitvoeren. Je bent vaak geneigd om het binnen je eigen beroepsgroep te houden, maar het juist om tot nieuwe ideeën te komen. Dit proberen wij te bewerkstelligen binnen deze kamer.”
Inez geeft haar presentatie in de sessie Psychologie en Rationalisatie op de Dag van de Fraudeonderzoeker op 26 april as.
De tekst van dit artikel is samengesteld door medewerkers van het IFFC (Institute for Financial Crime).
SPIEGELTJE, SPIEGELTJE…
20 maart 2018