Anton Weenink
In principe zou volgens het aansprakelijkheidsrecht in Nederland geleden schade altijd volledig vergoed dienen te worden. Er zijn echter uitzonderingen op dit beginsel. Eén ervan betreft de vergoeding van “immateriële schade”, ook wel smartengeld genoemd. Nederland behoort echter, internationaal bezien, tot de landen waar immateriële schadevergoedingen karig toebedeeld worden. De wetgever heeft dit ook zo gewild en voor een debat over een andere benadering is in het Nederlandse Parlement kennelijk weinig belangstelling. Artikel 106 van Boek 6 van ons Burgerlijk Wetboek geeft een limitatieve opsomming van gevallen waarin toekenning en vergoeding van smartengeld mogelijk is. Ook de Nederlandse rechter is terughoudend met toekenning van smartengeld, ofschoon er de laatste jaren langzaam enige verhoging in toegekende bedragen zichtbaar lijkt. Lijkt, want zaken zijn onderling vaak lastig te vergelijken. Anderen menen dat er in Nederland eerder sprake is van een stagnatie. Lees meer…