
Eerst een zig, dan een zag. Zo hoort dat.
Na de publicatie op 9 maart van de Amerikaanse werkgelegenheidscijfers -en meer bepaald van de deelindicator die de evolutie van de looncomponent weergeeft, weergalmde een veralgemeende, diepe zucht van opluchting over de financiële markten. We wisten wel dat het vorige, verrassend sterk opgeveerde cijfer van 2 februari vertekend was door de extreme klimatologische omstandigheden aan de Oostkust en dat de anemische productiviteitsgroei geen acceleratie van de lonen kon toelaten, maar we zochten toch wat houvast in de nieuwe statistieken omdat het zenuwachtige heen-en-weergedoe tijdens de vorige maand ons gemoed diep had aangetast. De salarisgroei viel echter netjes terug op een trendlijn die al lang geleden was uitgetekend en waarmee de beurzen genoegen hadden genomen. Lees meer…