Vandaag, 20 december heeft de bestuursrechter uitspraak gedaan in het beroep dat EY en PwC hebben aangespannen tegen de in 2016 door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) opgelegde boetes voor het niet voldoen aan de zorgplicht. De rechtbank vindt de interpretatie van de zorgplicht van de AFM niet houdbaar en heeft het beroep van EY en PwC vandaag gegrond verklaard. De AFM overweegt tegen de uitspraak in hoger beroep te gaan.
De AFM heeft op 16 maart 2016 boetes opgelegd aan de Big 4-accountantsorganisaties, omdat zij op basis van tekortkomingen in hun wettelijke controles niet aan hun zorgplicht zouden hebben voldaan. Deze zorgplicht richt zich op de accountantsorganisaties. Op grond van de zorgplicht moet het bestuur van een accountantsorganisatie ervoor zorgen dat de interne kwaliteitswaarborgen zo functioneren dat alle aan haar verbonden externe accountants de voor hen geldende standaarden naleven. Voor een goede werking van de kapitaalmarkten is het cruciaal dat het oordeel van accountants buiten twijfel staat.
Interpretatie zorgplicht
Kern van de zaak is de interpretatie van de zorgplicht. De centrale vraag is of een overtreding van de zorgplicht kan worden vastgesteld, als na onderzoek van de AFM blijkt dat er ernstige tekortkomingen zijn in meerdere wettelijke controles van de jaarrekening. De AFM heeft zich primair op dit eindproduct van accountants gericht, om op die manier ook een goed beeld te krijgen van de werking van de kwaliteitswaarborgen op organisatieniveau.
Rechtbank spreekt zich uit
De rechtbank heeft het beroep van EY en PwC vandaag gegrond verklaard. Met deze uitspraak spreekt de rechter zich uit over de invulling van de zorgplicht. De rechter stelt dat de overtreding van de zorgplicht niet uitsluitend op grond van tekortkomingen in de wettelijke controles kan worden aangetoond. Over de kwaliteit van de wettelijke controles en de bevindingen van de AFM daarbij, doet de rechter geen uitspraak. Gemotiveerd had moeten worden waar meer specifieke elementen in het kwaliteitsbeleid van de accountantsorganisaties hebben gefaald. aldus de AFM. De AFM overweegt tegen de uitspraak in hoger beroep te gaan, mede omdat de AFM het van groot belang vindt dat ook rechtstreeks richting accountantsorganisaties kan worden opgetreden tegen ernstige tekortkomingen in individuele controles. Dit is internationaal een gangbare praktijk.
Toezichtaanpak
Het toezicht van de AFM op accountantsorganisaties heeft als doel er aan bij te dragen dat accountantsorganisaties de kwaliteit van wettelijke controles verhogen en duurzaam waarborgen. De toezichtaanpak richting OOB-accountantsorganisaties bestaat uit drie sporen:
1. De kwaliteit van wettelijke controles en de interne kwaliteitsbewaking wordt gemeten.
2. Er wordt onderzoek gedaan naar de implementatie en borging van de verbetermaatregelen.
3. De impact op kwaliteit door de structuur waarbinnen accountantsorganisaties werken en de prikkels die daaruit voortvloeien, wordt beïnvloed.
Hier zijn bijvoorbeeld de regels rond de geschiktheidstoetsingen en onafhankelijk intern toezicht uit voortgekomen, die nu bij de Eerste Kamer voorliggen. Ook zijn partijen straks gehouden om herstelmaatregelen te treffen wanneer blijkt dat er tekortkomingen zijn in de controle van de jaarrekening.
De AFM zal zich voortvarend blijven inzetten voor de verhoging van de kwaliteit van de wettelijke controles door haar toezicht continu te verbeteren en vernieuwen. Bij de aanpak die heeft geleid tot de publicatie van het AFM rapport in juni dit jaar, is naast de toetsing van de kwaliteit van de wettelijke controles ook aandacht besteed aan de meer specifieke elementen van het kwaliteitsbeleid. Ongeacht een mogelijk hoger beroep zet de AFM deze bredere aanpak voort.
De beide accountantsorganisaties wachten het eventuele hoger beroep van AFM af en laten bij monde van een van de woorvoerders weten dat het vonnis klip en klaar was.
Juridische discussie over zorgplicht. De AFM overweegt hoger beroep.
20 december 2017