Inhoud gerelateerde opslag
Afgelopen jaren probeerden sommige regeringen regelmatig om onwelgevallige internet informatie te blokkeren. Bij de corona uitbraak bij Wuhan en het sluiten van Wikipedia in Turkije bleek dat niet muteerbare, decentrale opslag van files een uitweg bood om deze centraal geblokkeerde files toch te kunnen vinden. Het nieuwe web3 internet heeft deze decentrale vorm van content adresseerbare opslag in snel tempo omarmt onder andere met IPFS dat staat voor InterPlanetary File System. Content geadresseerde files werden eind jaren zestig ontwikkeld door ICL en gebruikt voor het zoeken in telefoongidsen. De Vlamingen Paul Carpentier en Jan van Riel bedachten de term CAS, toen ze eind jaren negentig werkten bij het Belgische bedrijf FilePool in Wavre dat in 2001 werd overgenomen door EMC Corporation. Een jaar later werd de Centera uitgebracht, de eerste professionele CAS-toepassing. Qua timing een perfecte stap, omdat in datzelfde jaar de nieuwe Sarbanes-Oxley Act langdurige en onmuteerbare opslag van financiële documenten eiste. Als ware een voorloper van de blockchain: een dataset met een op content gebaseerde hashcode en datastamp, die lokaal en onmuteerbaar in een keten van files is opgeslagen.
IPFS zelf is het geesteskind van Juan Benet, die als tiener vanuit Mexico naar de VS verhuisde, een informatica-graad behaalde aan Stanford, een bedrijf begon dat in 2013 werd overgenomen door Yahoo! en in 2015 Protocol Labs oprichtte. Het InterPlanetary File System is een eerbetoon aan de internetpionier J.C.R. Licklider en zijn visie over – zoals hij dat noemde – het ‘intergalactische’ internet. Protocol Labs stuurt het IPFS-project aan en heeft het ‘bescheiden’ doel om nieuwe open protocollen te maken om het trage, dure en onbetrouwbare internet (weer) te vervangen voor de idealen die we aan het begin van het internet koesterden. Dus weg van het centrale HTTP-protocol en centraal gelinkte data-opslag en naar decentraal, peer-to-peer en op content gebaseerde data-opslag.
Veel nieuwe bedrijven bouwen aan van de volgende fase van cyberspace. Zo is ook IPFS is een radicaal herontwerp van de http-gebaseerde filesystemen waar het internet, maar ook de cloud, de afgelopen decennia is gebouwd. Een protocol om informatie op basis van content identificatie, open, vrij en toegankelijk voor iedereen op te slaan. Het stelt gebruikers in staat om webpagina’s en inhoud te downloaden die op verschillende servers zijn opgeslagen en biedt ‘historisch versiebeheer’ dat laat zien hoe en wanneer documenten zijn gemaakt, ververst en dus ook of ze zijn gemanipuleerd.
Naast het feit dat centrale opslag makkelijk kan worden gemanipuleerd, levert het ook technisch steeds meer problemen op. Het ‘ophalen’ van centraal opgeslagen documenten zoals in Google Docs vraagt een steeds grotere belasting van de infrastructuur. Bij scholen zien we dit bijvoorbeeld als een hele klas tegelijkertijd dezelfde documenten bij Google ophaalt. Het is ingebakken bij de huidige structuur van het internet. Elke gebruiker moet apart een video keer op keer downloaden vanaf een verre locatie. Het lokaal opslaan van de eerste opgehaalde versie en vervolgens lokaal delen kan dit enorm verbeteren. Net zoals professionele WAN-netwerken dat voor geografisch verspreidde bedrijven en kantoren doen.
Door van serieel naar parallel en lokaal te gaan, wordt de snelheid natuurlijk altijd beter. Daarom zien we een snelle groei van dit soort decentrale concepten. Internet is als Web 2.0 gewoonweg te groot en te intensief geworden om adequaat aan alle data-vraag te kunnen blijven voldoen. Dat betekent wel dat die decentrale nodes zich als goede servers gaan gedragen. Vooral nodes die veel en sterke verbindingen met andere knooppunten hebben, zijn de ideale deelnemers aan gedecentraliseerde netwerken. Wereldwijd zien we een enorme groei van decentrale grids, netwerken en hun nodes. Het liefst heb je in je grid ook dataservers die consequent online zijn. Ook moet je niet alles willen kopiëren, alleen die files waar belangstelling voor is.
Zoals alles bij web3, draait het om open ecosystemen die elkaar aanvullen en samenwerken. Er zijn diverse andere initiatieven die decentrale storage-oplossingen bieden. Ook zien we dat steeds meer corporate bedrijven, naast het runnen van hun eigen servers – lokaal of bij een cloudprovider – ook servers beschikbaar gaan stellen om in dit ecosysteem te kunnen participeren. Langzaam maar zeker komt web3 tot wasdom.
Hans Timmerman