Frank Vranken
Vijfentwintig jaar na de radicale wetswijziging waarmee de economie van het land werd geliberaliseerd, blijft India een relatief moeilijk land om zaken te doen. Het land, dat bekend staat als het meest bureaucratische land in Azië, staat in het rapport “Ease of Doing Business” van de Wereldbank, op een betreurenswaardige 130e plaats. Toch blijft India een lichtpuntje in het wereldwijde economische landschap: het is de snelstgroeiende grote economie in de wereld, met een groei van 7,9% in het eerste kwartaal, na een groei van 7,5% over 2015.
Nu het Indiase Hogerhuis de historische “Goods and Services Tax” (GST) heeft goedgekeurd kan het zakendoen in India een stuk makkelijker worden en kunnen de vooruitzichten voor de lange termijn verbeteren. Hoewel de GST nog moet worden goedgekeurd door het Lagerhuis en minstens 15 wetgevende organen, wordt er over het algemeen vanuit gegaan dat hij er doorkomt, wat een enorme overwinning zou betekenen voor de regering van premier Narendra Modi. Met GST wordt het huidige systeem van indirecte belastingheffing, een lappendeken van verschillende heffingen door de 29 Indiase staten, vervangen door één enkel gemeenschappelijk regime voor de handel in goederen en diensten. In wezen wordt hiermee een gemeenschappelijke markt van 1,3 miljard consumenten gecreëerd. Dankzij de invoering van GST zal de internationale handel soepeler gaan verlopen en is het afgelopen met de kilometers lange rijen van wachtende vrachtwagens aan de staatsgrenzen, waar chauffeurs stapels papieren moeten invullen.En hoewel de invoering op de korte termijn wellicht verstorend werkt en hoge kosten met zich meebrengt, zal de GST op de lange termijn tussen 0,5 en 1,5% groei aan het jaarlijkse BNP toevoegen.
Vergelijking tussen GST en Brexit is treffend
De invoering van een gemeenschappelijk en vereenvoudigd belastingstelsel zal ook de werkgelegenheid bevorderen. Met name in de industriële sector zal het een stimulans geven aan de buitenlandse investeringen, waardoor het reeds dalende tekort op de lopende rekening nog verder wordt teruggedrongen. De GST, die een moeilijke bevalling was, wordt ook wel gezien als het “omgekeerde Brexit-moment” voor India. Het terugbrengen van macht van de staten, is altijd al een gevoelig punt geweest in dat land omdat de regionale identiteit voor veel inwoners meer betekent dan de nationale identiteit.
India telt 22 officieel erkende talen, geschreven in 13 verschillende lettertypes, met meer dan 720 dialecten. De realiteit is dat er weinig is dat deze verschillende etnische bevolkingsgroepen en geografisch versnipperde natie verbindt. In tegenstelling tot de Verenigde Staten, waar het ideaal “E pluribus unum,” , ofwel “Uit vele, één” is, zou India’s motto wel eens “E pluribus pluribus,” kunnen zijn ofwel “Uit vele, vele.” Vanuit dat perspectief, lijkt India veel meer op de Europese Unie dan op de Verenigde Staten. Daarom is ook de vergelijking tussen de GST en de Brexit zo treffend.
In een tijdperk van opkomend protectionisme, met nationalisten, zoals Donald Trump die dreigt met een importheffing van 45% op Chinese producten en een muur op de Mexicaanse grens, heeft India een belangrijke stap in de tegengestelde richting genomen. Het valt nog te bezien of de regering Modi erin slaagt de deadline van 2017 te halen voor de bekrachtiging van de GST. Er bestaat ook nog een, weliswaar kleine, kans dat de benodigde grondwetswijziging er niet door komt. Voorlopig echter, zijn de vooruitzichten voor dit versplinterde en relatief bureaucratische land verbeterd.
De auteur, Frank Vranken is de beleggingsstrateeg van de in Brussel gevestigde Puilaetco Dewaay Private Bankers, onderdeel van KBL European Private Bankers. In Nederland opereert de groep onder de naam Theodoor Gilissen.
India: een verenigde natie?
30 augustus 2016