De Belgische Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) heeft richtlijnen uitgevaardigd over het aanbod van bepaalde financieringsinstrumenten van financiële instellingen aan niet-professionele cliënten. Deze richtlijnen geven onder meer aan dat voorwaardelijk converteerbare schuldinstrumenten (CoCos) ongeschikt zijn voor niet-professionele cliënten.
Om te voldoen aan de nieuwe kapitaaleisen, doen sommige financiële instellingen een beroep op de kapitaalmarkten via de uitgifte van bepaalde financiële producten die hun kapitaalbasis versterken. Dergelijke producten kunnen een hoger rendement bieden dan klassieke spaarproducten, maar zijn ook risicovoller en complexer. Bovendien gaat het om producten die per definitie in het belang zijn van de financiële instelling waarvan de kapitaalbasis versterkt wordt.
Bezorgdheid vanuit ESMA
De Europese toezichtautoriteiten hebben al hun bezorgdheid geuit over de situatie waarin financiële instellingen hun cliënten producten verkopen die hun kapitaalbasis versterken. Zo stelde de Europese Autoriteit voor Effecten en Markten (ESMA) dat een analyse van CoCos enkel kan gedaan worden door professionele beleggers die kennis van zaken hebben. CoCos zijn schuldinstrumenten die automatisch worden afgeschreven of worden omgezet in kernkapitaal wanneer de kernkapitaalratio van een financiële instelling onder een bepaalde drempel zakt.
In aanvulling hierop heeft de FSMA richtlijnen uitgevaardigd over het aanbod van dergelijke financieringsinstrumenten. De richtlijnen geven aan hoe de FSMA de toepassing van de bestaande regelgeving ziet. De FSMA zal deze richtlijnen als leidraad hanteren bij de uitoefening van haar controletaken.
De richtlijnen geven onder meer aan dat er niet verwacht kan worden van niet-professionele cliënten dat ze over voldoende kennis en ervaring beschikken om de risico’s van CoCos te kunnen inschatten en dat een investering in CoCos dus niet geschikt is voor niet-professionele cliënten.
De richtlijnen behandelen verder het aanbod van en de dienstverlening met betrekking tot achtergestelde obligaties die deel uitmaken van het eigen vermogen. Dergelijke obligaties kunnen worden afgeschreven of worden omgezet in aandelen indien de onderneming niet langer levensvatbaar is of het voorwerp uitmaakt van een afwikkelingsprocedure. De richtlijnen hebben betrekking op zowel de prijszetting, de marketing / werving en de wijze van verkoop.
De richtlijnen gaan ten slotte ook in op financieringsinstrumenten die vatbaar zijn voor een bail-in. Een bail-in is een afwikkelingsmaatregel waarbij vorderingen van schuldeisers worden afgeschreven of omgezet in aandelen. De FSMA heeft de problematiek van de informatieverstrekking over bail-in aangekaart op Europees niveau. Inmiddels beveelt de FSMA aan dat er in de reclame melding wordt gemaakt van het bail-in-mechanisme en de daaruit voortvloeiende risico’s.
Op de website van de FSMA kunnen de richtlijnen in detail worden geraadpleegd.
De FSMA over CoCos
03 augustus 2015