De Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) publiceerde onlangs een studie over de informatie die bepaalde Belgische genoteerde vennootschappen verstrekken in de verklaringen van niet-financiële informatie die zij in hun jaarlijkse financiële verslagen 2017 hebben opgenomen. In 2018 hebben de grote Belgische genoteerde vennootschappen voor het eerst een verklaring van niet-financiële informatie opgesteld. Die verklaring moet minstens informatie bevatten over de sociale, personeels- en milieuaangelegenheden, de eerbiediging van de mensenrechten en de bestrijding van corruptie. De toezichthouder onderzocht uitvoerig hoe de vennootschappen hun beleid inzake voornoemde thema’s en hun zorgvuldigheidsprocedures in hun verklaring van niet-financiële informatie beschrijven. Ook ging zij na of de vennootschappen in hun verklaring aandacht besteden aan de resultaten van hun beleid, de voornaamste risico’s verbonden aan niet-financiële materies, het beheer van die risico’s en bepaalde niet-financiële prestatie-indicatoren.
Verder onderzocht de FSMA of de vennootschappen zich, bij de opstelling van hun verklaring van niet-financiële informatie, op één of meer erkende Europese of internationale referentiemodellen hadden gebaseerd. Zij bekeek om welk(e) referentiemodel(len) het daarbij precies ging, en in hoeverre hun verklaring de nodige kenmerken vertoonde opdat de verstrekte informatie nuttig zou zijn en met de informatie van andere vennootschappen zou kunnen worden vergeleken.
De FSMA onderstreept allereerst dat alle vennootschappen waarop deze studie betrekking heeft, niet-financiële informatie over het boekjaar 2017 hebben gepubliceerd, terwijl de Belgische wet tot omzetting van de Europese Richtlijn 2014/95/EU pas op 11 september 2017 is gepubliceerd[1]. Overigens publiceerden ongeveer de helft van de bestudeerde vennootschappen in hun verklaring over 2017 voor het eerst dergelijke niet-financiële informatie.
De toezichtouder heeft vastgesteld dat de meeste vennootschappen in hun verklaring van niet-financiële informatie een beschrijving geven van hun beleid inzake voornoemde thema’s. Vaak blijkt die beschrijving echter niet specifiek in te gaan op de activiteiten van de emittent en hun impact op de niet-financiële aangelegenheden.
Tal van lacunes vastgesteld
Verder heeft de FSMA ook tal van lacunes vastgesteld in de beschrijving van de zorgvuldigheidsprocedures, de resultaten van het beleid, de risico’s en de opname van niet-financiële prestatie-indicatoren, vooral op het vlak van de sociale aangelegenheden, de eerbiediging van de mensenrechten en de bestrijding van corruptie. Ook blijken te weinig verbanden te worden gelegd tussen de financiële en de niet-financiële informatie. Deze vaststellingen sluiten aan bij de vaststellingen in een studie die de AFM in december 2018 heeft gepubliceerd[2].
De FSMA vestigt in de studie niet alleen de aandacht op bepaalde voorbeelden van goede praktijken, maar formuleert ook aanbevelingen in verband met zowel de presentatie als de kwaliteit van de inhoud van de verklaring van niet-financiële informatie en het gebruik van referentiemodellen. Zo vraagt de FSMA de vennootschappen bijzondere aandacht te besteden aan die voorbeelden en rekening te houden met haar aanbevelingen, zodat de informatie in hun volgende verklaring nog vollediger, nuttiger en beter vergelijkbaar zal zijn.
[1] Wet van 3 september 2017 betreffende de bekendmaking van niet-financiële informatie en informatie inzake diversiteit door bepaalde grote vennootschappen en groepen (BS 11 september 2017).
[2] Autoriteit Financiële Markten, In Balans 2018 – deel A, Themaonderzoek niet-financiële informatie in bestuursverslagen 2017, 13 december 2018.