De AFM maakt bekend dat er een bestuurlijke boete van 500.000 euro is opgelegd aan AQR opgelegd wegens overtreding van artikel 5, eerste en tweede lid en artikel 6, eerste en tweede lid, juncto artikel 9, tweede lid, van Verordening nr. 236/2012 betreffende short selling. AQR heeft in de periode van 17 september 2013 tot 16 oktober 2014 niet voldaan aan haar meldingsplicht aan de AFM.
In die periode heeft zij dertien meldingen van netto shortposities in Koninklijke Imtech N.V. niet verricht in overeenstemming met artikel 5, eerste en tweede lid en artikel 6, eerste en tweede lid, juncto artikel 9, tweede lid, van de Verordening. Daarnaast heeft zij één melding van een netto short positie in Koninklijke Vopak N.V. niet verricht volgens artikel 5, eerste en tweede lid, juncto artikel 9, tweede lid, van de Verordening.
Op grond van de Verordening dienen netto shortposities van 0,2% van het geplaatste kapitaal van de betrokken onderneming en elke 0,1% daarboven gemeld te worden. Openbaarmaking aan het publiek geschiedt bij een netto shortpositie van 0,5% van het geplaatste kapitaal van de betrokken onderneming en elke 0,1% daarboven. Melding en openbaarmaking van deze netto shortposities dient uiterlijk de volgende handelsdag om 15:30 uur te geschieden. Tussen het moment van het ontstaan van de meldingsplichtige shortposities van AQR en de daadwerkelijke melding daarvan zijn echter periodes van tweeënhalve maand tot dertien maanden verstreken.
Melding van de netto shortposities is verplicht om transparantie te betrachten ten aanzien van de belangen in de betrokken onderneming. Melding stelt de AFM in staat om in het oog te houden of short selling voor misbruikstrategieën wordt ingezet en welke gevolgen short selling heeft voor een goede werking van de markt. Melding van aanmerkelijke shortposities is noodzakelijk met het oog op een stabiele financiële markt waarin beleggers bescherming genieten. Doordat de netto short positie van meer dan 0,5% in Koninklijke Imtech N.V. niet is openbaar gemaakt, is beleggers essentiële informatie onthouden. Daarmee is hen de mogelijkheid ontnomen om (juist) geïnformeerd en onderbouwd een beoordeling te maken van de financiële instrumenten met betrekking tot deze onderneming.
Het in het besluit vervatte oordeel van de AFM kan door belanghebbende(n) ter toetsing aan de rechter worden voorgelegd.
Flinke boete voor AQR Capital Management LCC
28 augustus 2015