Een nieuw rapport van de Europese Centrale Bank (ECB) onderzoekt de factoren die het publieke vertrouwen in centrale banken beïnvloeden, en hoe dit vertrouwen evolueert in reactie op recente economische uitdagingen. Het benadrukt de cruciale rol van vertrouwen voor het effectief functioneren van centrale banken, vooral in het uitvoeren van monetair beleid.
Vertrouwen in centrale banken wordt beïnvloed door verschillende factoren, waarvan sommige buiten hun controle liggen. Economische ontwikkelingen spelen een belangrijke rol: een sterke bnp-groei heeft een positief effect, terwijl hoge overheidsschuld, oplopende renteverschillen op obligaties en werkloosheid het vertrouwen ondermijnen. Hoewel inflatie een belangrijke verantwoordelijkheid van de ECB is, lijkt deze factor geen significante invloed te hebben op het vertrouwen, mogelijk door de relatief stabiele inflatie in de eurozone voor de recente inflatiepiek. Bovendien blijkt dat nationale, in plaats van eurozone-brede, economische ontwikkelingen het vertrouwen in de ECB bepalen, ondanks dat het mandaat van de ECB prijsstabiliteit in de gehele eurozone betreft.
Crises hebben een bijzonder grote impact op het vertrouwen in centrale banken. De wereldwijde financiële crisis, de COVID-19-pandemie en de recente inflatiegolf leidde tot een aanzienlijke daling van het vertrouwen. De studie wijst op drie belangrijke ontwikkelingen in de vroege jaren 2020 die dit vertrouwen ondermijnden: de onverwachte inflatiegolf na de pandemie, de systematische onderschatting van inflatie in de voorspellingen van centrale banken en de moeilijkheden bij het afbouwen van “forward guidance” – de communicatie van toekomstige beleidsmaatregelen.
Socio-economische factoren beïnvloeden het vertrouwen ook. Hoger inkomen en opleidingsniveau correleren met een groter vertrouwen, terwijl vrouwen, werklozen en mensen met een linkse politieke voorkeur doorgaans minder vertrouwen hebben in centrale banken. Regionale verschillen zijn van belang: in regio’s met minder vertrouwen in anderen, is het vertrouwen in de ECB lager. Oudere respondenten hebben gemiddeld meer vertrouwen in de centrale bank.
Centrale banken kunnen het vertrouwen versterken door consistent hun mandaat na te komen, met name het waarborgen van prijsstabiliteit. Transparantie over beleidsbeslissingen, inclusief het erkennen van fouten, bevordert vertrouwen. Daarnaast is het verbeteren van de financiële kennis van het publiek over centrale bankzaken belangrijk. Eenvoudige en begrijpelijke communicatie, waarbij jargon wordt vermeden, is essentieel om de boodschap effectief over te brengen.
Het meten van vertrouwen is echter complex. Langetermijn-inflatieverwachtingen worden vaak gebruikt als maatstaf, maar zijn moeilijk direct waar te nemen. Enquêtes over vertrouwen kunnen beïnvloed worden door de formulering van de vragen en de volgorde waarin ze gesteld worden, wat “framing-effecten” kan veroorzaken.
Centrale banken moeten zich ook bewust zijn van de nieuwe uitdagingen die voortkomen uit polarisatie, sociale media en desinformatie, die het publieke vertrouwen kunnen ondermijnen. Door hun communicatie en strategieën aan te passen, kunnen centrale banken hun geloofwaardigheid behouden en versterken in een steeds complexer wordend maatschappelijk klimaat.