Brussel drukt op pauzeknop voor duurzaamheidsregels

03 april 2025

De Europese Commissie, de Raad en het Europees Parlement hebben ingestemd met de zogenoemde stop-the-clock-richtlijn, een belangrijk onderdeel van de eind februari gepresenteerde EU Omnibus-voorstellen. De goedkeuring schept daarmee helderheid over het tijdschema voor de inwerkingtreding van de Europese rapportageverplichtingen.

De richtlijn stelt de toepassing van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) en de bijbehorende EU-taxonomie voor bedrijven die nog niet onder de rapportageverplichtingen vallen met twee jaar uit. De inwerkingtreding van de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) wordt met één jaar uitgesteld. Het uitstel moet EU-wetgevers tijd geven om overeenstemming te bereiken over de bredere hervormingen binnen het Omnibus-pakket, waaronder een mogelijke herziening van de doelgroep en de diepgang van de vereisten.

Door de stop-the-clock-richtlijn zijn voorlopig alleen organisaties van openbaar belang (oob’s) met meer dan 500 medewerkers rapportageplichtig op basis van de CSRD voor boekjaar 2025 en 2026. Andere grote ondernemingen rapporteren vanaf boekjaar 2027, beursgenoteerde mkb’s vanaf 2028.

Hoewel de Europese Commissie het besluit nog formeel moet bekrachtigen, geldt dit gezien de instemming van de Raad en het Parlement als een formaliteit.

Doel: verlichting rapportagedruk

De Raad steunt het Omnibus-pakket volledig, met als doel de rapportagelast voor ondernemingen te verminderen: met ten minste 25% voor grote bedrijven en 35% voor het mkb. Toch blijft de toekomst van het volledige pakket onzeker. Binnen de EU woedt een intens debat over de uiteindelijke vorm en wenselijkheid ervan.

Voorstanders – waaronder werkgeversorganisaties uit Frankrijk en Duitsland, en de meeste EU-ministers van Financiën – wijzen op het rapport van Mario Draghi over het concurrentievermogen van de EU. Dat rapport noemt duurzaamheidsrapportage en due diligence belangrijke bronnen van regeldruk, maar erkent ook hun waarde voor toekomstbestendig ondernemerschap.

De Europese Centrale Bank (ECB) benadrukt juist het belang van een robuust duurzaamheidskader om greenwashing te voorkomen. Zij pleit voor het behoud en waar nodig de versterking van instrumenten als de CSRD, de CSDDD en de EU-taxonomie. Ook het Platform on Sustainable Finance uit zorgen over de forse beperking van het aantal bedrijven dat volgens het Omnibus-voorstel onder de taxonomie valt. De nieuwe voorgestelde drempel: 1.000 medewerkers én €450 miljoen omzet.

In het Europees Parlement lopen de meningen uiteen: sommige fracties pleiten voor verdere vereenvoudiging, anderen zien het voorstel als ongewenste deregulering.

Gevolgen voor Nederlandse wetgeving

Door de ontwikkelingen op EU-niveau is het nationale implementatietraject voor de CSRD voorlopig stilgelegd. Het Nederlandse kabinet wil de uitwerking van zowel CSRD als CSDDD integreren in één implementatietraject, mits de onderhandelingen in Brussel voldoende vorderen. Daarmee lijkt implementatie op korte termijn uitgesloten en is er formeel nog geen rapportageplicht voor Nederlandse oob’s.

De uiteindelijke doelgroep van de CSRD is bovendien nog onderwerp van onderhandeling. In het huidige voorstel ligt de lat bij bedrijven met meer dan 1.000 medewerkers, maar dit kan nog wijzigen.

Nieuwe standaarden op komst

Om vaart te houden in de ontwikkeling van het duurzaamheidskader, heeft de Europese Commissie EFRAG (European Financial Reporting Advisory Group) verzocht uiterlijk 31 oktober 2025 met een herziene set ESRS-standaarden te komen. De focus ligt op kwantitatieve in plaats van kwalitatieve informatie, het schrappen van minder materiële vereisten, en het concreet vertalen van materialiteitsanalyses naar rapportageverplichtingen. De nieuwe standaarden moeten gelden vanaf boekjaar 2027, met een mogelijkheid tot vrijwillige toepassing vanaf 2026.

Wat bedrijven nu moeten doen

Ondanks het formele uitstel is het niet verstandig voor bedrijven om duurzaamheidsvoorbereidingen volledig stil te leggen. De exacte uitkomst van het Omnibus-traject is onzeker, maar duurzaamheid en de transitie naar een netto-nuleconomie blijven essentieel voor het concurrentievermogen op middellange en lange termijn.

Voor grote ondernemingen die vermoedelijk onder de CSRD blijven vallen, is het raadzaam om – desnoods in verlaagd tempo – door te gaan met de voorbereidingen. Accountants doen er goed aan hun klanten te informeren over mogelijke scenario’s en hen te begeleiden bij het anticiperen op de uiteindelijke vereisten.

Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *