Peter van Leusden: “Het meldgedrag van diverse beroepsgroepen is nog erg mager als ik naar de jaarcijfers van de FIU kijk”

29 november 2023
Kennisbank

Michel Klompmaker

Vorige maand trok Peter van Leusden samen met zijn collega Mark Janssen naar Suriname, alwaar ze met een volle agenda aan de slag gingen. Over het hoe en waarom van deze speciale “Go West” missie gingen we in gesprek met Peter van Leusden, anti-corruptie en anti-fraude expert bij Partner in Compliance. Eerder dit jaar waren er al consultants van Partner in Compliance op bezoek geweest in Suriname, met het oog op het geven van trainingen op het gebied van CDD en anti witwas praktijken. Peter van Leusden is een ervaren expert en kent de materie vanuit de praktijk, mede dankzij zijn opgedane ervaring bij de FIOD, vandaar het gesprek met hem.

Eerst even een vraag over jullie thuisbasis Nederland. Hoe staat het naar jouw mening in het algemeen met de bestrijding van witwassen in De Lage Landen?

Peter van Leusden: “We zien steeds meer dat de overheid haar rol als bestrijder van witwassen serieus neemt. Ik wil wel benadrukken dat witwassen altijd het gevolg is van eerder gepleegde delicten. Wat mij betreft mag er meer focus komen op het bestrijden van (financieel economische) fraude en met name corruptie. Dit soort ondermijnende criminaliteit maakt Nederland onveiliger. Het proces begint dat een onderneming goed zicht moet hebben op zijn klanten, met wie doe je zaken, wat zijn de fraude- en witwasrisico’s en welke risico’s ben je bereid – onder welke voorwaarden – te accepteren en welke mitigerende maatregelen tref je vervolgens. Deze bewuste risk-based approach mag meer aandacht krijgen. We moeten niet alleen naar de overheid kijken. In de strijd tegen fraude, waaronder corruptie en witwassen, moeten alle Wwft-plichtigen hun rol serieuzer oppakken. Maar ook niet Wwft-plichtigen kunnen daar een rol in hebben, in feite zijn wij allemaal een ‘soort van’ poortwachter. Met name de financiële instellingen hebben afgelopen jaren (sinds de ING casus) veel geïnvesteerd om witwassen via hun rekeningen te voorkomen of te detecteren en hebben inmiddels goede stappen gezet. Ook bij de accountants zie ik langzamerhand een verbetering op het terrein van voorkomen en bestrijden van fraude en witwassen. Maar als je naar de jaarcijfers van de FIU kijkt zie je dat het meldgedrag van diverse beroepsgroepen nog erg mager is. Het is essentieel dat er meer geïnvesteerd wordt om meldingen diepgaand te onderzoeken, criminelen aan te pakken en deze informatie terug te koppelen. Momenteel belemmert conflicterende wet- en regelgeving de rol als ‘poortwachter’ nog wel eens. We streven naar een gestroomlijnde aanpak en effectievere samenwerking, met inachtneming van privacyoverwegingen, om witwassen doeltreffender te bestrijden.”

Heb je wat concrete cijfers voor ons in relatie tot de omvang van de Nederlandse economie?

Peter van Leusden: “Er gaan diverse cijfers rond, maar ik vraag mij daarbij af waarop die berekeningen zijn gebaseerd en hoe betrouwbaar deze zijn. Persoonlijk ken ik geen goed onderbouwde cijfers over de omvang van de geldstroom die gemoeid is met witwassen. Wel komt steeds naar boven dat de totale geldstroom die jaarlijks door onze financiële instellingen loopt in absolute omvang bizar hoog is, de prognoses variëren tussen de 16 en 20 miljard euro. Maar dat zegt niet zoveel over Nederlandse witwassers. Ook of juist buitenlandse criminelen maken gebruik van onze sterke economie, goede dienstverlening van de financiële instellingen, maar ook van de zeer creatieve financieel-economische en fiscale adviseurs in Nederland. Iets minder recente cijfers van de Wereldbank en de OECD vind ik schokkend: één op de drie bedrijven ervaart corruptie, 42% van de CFO’s rechtvaardigen onethisch gedrag om financiële targets te halen en in 12% is de CEO betrokken bij corruptie.”

Zoals bekend spelen offshore vennootschappen op verre eilanden vaak een rol bij het verhullen van crimineel geld. Dat is dan in het verre buitenland. Maar dichterbij huis zijn ook allerlei keurige vennootschappen en trustkantoren actief. Wil je daar in relatie tot de bestrijding van witwassen iets over kwijt?

Peter van Leusden: “Trustkantoren kunnen bijvoorbeeld met behulp van offshore vennootschappen inderdaad een rol spelen bij het verhullen van crimineel geld en dit heeft directe implicaties voor de bestrijding van witwassen in Nederland. De relatie tussen deze entiteiten en de strijd tegen witwassen is complex maar belangrijk. Ook keurige vennootschappen en trustkantoren kunnen worden ingezet door criminelen om de herkomst van geld te verhullen. Dit kan plaatsvinden door ingewikkelde zakelijke structuren op te zetten, waarbij gebruik wordt gemaakt van complexe transacties en offshore-entiteiten. ‘Trade Based Money Laundering’ is daar ook een actueel voorbeeld van. Het bestrijden van witwassen vereist nauwe samenwerking tussen verschillende actoren, waaronder financiële instellingen, overheidsinstanties en wetshandhaving. De Nederlandse trustsector doet sinds een aantal jaar erg haar best om op een integere manier haar diensten aan te bieden. Maar je hebt helaas altijd dienstverleners die minder integer zijn en meewerken of zelfs actief werken aan witwasstructuren. Het is van groot belang om adequaat toezicht te houden op poortwachters waaronder trustkantoren. Enerzijds hebben poortwachters een belangrijke rol in het tijdig signaleren van ongebruikelijke transacties en anderzijds kunnen sommige poortwachters actief ingezet worden door criminelen en diensten verlenen die misbruikt kunnen worden voor illegale financiële activiteiten. Nederland heeft wet- en regelgeving, zoals de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme, die financiële instellingen, en andere dienstverleners zoals trustkantoren, verplicht om melding te maken van ongebruikelijke transacties. Daarvoor moeten zij zeer zorgvuldig hun cliënten screenen. Dit is bedoeld om de rol als poortwachter te versterken en ongebruikelijke activiteiten te identificeren. De autoriteiten in Nederland spannen zich ook in voor meer transparantie en internationale samenwerking om witwaspraktijken te bestrijden. Kortom, het beteugelen van witwassen vereist specifieke aandacht voor het gebruik van offshore vennootschappen vanwege hun potentiële functie bij het witwassen. Partijen die actief zijn bij het faciliteren van financiële criminaliteit dienen verscherpt in de aandacht te staan van toezichthouders. Het aanscherpen van wetten, versterken van toezicht en bevorderen van samenwerking zijn cruciale stappen in de richting van een effectieve bestrijding van witwassen in Nederland. Overigens doet anti-witwas centrum (AMLC) van de FIOD ook zeer goed en preventief werk in de bestrijding van witwassen in Nederland.”

Dan nu over Suriname. Heb je een beeld hoe het er daar voorstaat op het gebied van CDD en de bestrijding van witwassen?

Peter van Leusden: “In het voorjaar 2022 is Suriname door het Assessment Team van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF) geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie is een rapport samengesteld waarbij is gebleken dat Suriname nog veel werk te verzetten heeft om witwassen en terrorisme financiering tegen te gaan en een AML-raamwerk te ontwikkelen dat voldoet aan de hedendaagse internationale standaarden. Het is ons gebleken dat het de autoriteiten ernst is om de tekortkomingen voortvarend aan te pakken. Onvoldoende vooruitgang zou ernstige repercussies voor Suriname kunnen betekenen, met als ultieme consequentie de zogenaamde blacklisting. Toen wij in Paramaribo waren hebben wij gesproken met diverse vertegenwoordigers van financiële instellingen, verzekeringsmaatschappijen, het anti-corruptie comité, maar ook met vertegenwoordigers van de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB). Sommige van deze gesprekken waren confronterend, maar dat is onvermijdelijk wanneer Suriname wil streven naar de broodnodige vooruitgang. De bevindingen van deze gesprekken lieten duidelijk zien dat er een dringende behoefte is om aanzienlijke stappen voorwaarts te zetten in de strijd tegen fraude en corruptie. Dit is van essentieel belang, gezien de aanbevelingen van de CFATF om te voorkomen dat Suriname op de zwarte lijst terechtkomt. De organisaties en bedrijven staan open voor suggesties en adviezen om fraude waaronder corruptie te voorkomen en te bestrijden. Zelf hebben de bedrijven niet altijd voldoende kennis in huis, wij kunnen ze dan met trainingen en adviezen bewuster en weerbaarder maken. De consultants van Partner in Compliance reizen regelmatig naar Suriname om bedrijven en instellingen te ondersteunen bij het zetten van de benodigde stappen om fraude en corruptie aan te pakken. Een cruciale voorwaarde voor succes is dat alle medewerkers binnen een organisatie actief betrokken zijn bij het bestrijden van fraude en corruptie. Zij hebben behoefte aan heldere richtlijnen, duidelijke procedures en doeltreffende training om deze uitdaging aan te gaan. Het is de verantwoordelijkheid van bestuurders, raden van commissarissen en alle medewerkers om fraude en corruptie buiten de deur te houden. Zoals ik al dikwijls heb opmerkt: “Poortwachter zijn we allemaal.”

Jullie hebben overleg gehad met het bestuur en de Raad van Commissarissen van Hakrinbank. Kun je over de gesprekken aldaar iets zeggen?

Peter van Leusden: “Wij hebben diverse financiële instellingen bezocht en waren onder de indruk van de inspanningen van diverse directies en Compliance Officers om te verbeteren en te professionaliseren. Meerdere financiële instellingen in Suriname zijn actief in de weer om het compliance framework te verbeteren en het vernieuwde framework te implementeren. Dat is een belangrijke eerste stap. Bij Hakrinbank hebben consultants van Partner in Compliance eerder dit jaar al een groot deel van de medewerkers getraind op KYC, CDD en het doen van meldingen ongebruikelijke transacties. Aansluitend wilden de directie en de Raad van Commissarissen meegenomen worden in dat traject en heb ik twee avonden trainingen verzorgd voor en discussie gevoerd met deze bestuurders en toezichthouders. Daarbij ontstonden zeer levendige discussies over de problematiek waar Suriname, en de banken in het bijzonder, mee te maken hebben. Het land heeft het economisch erg zwaar, er is een enorme cash-mentaliteit en -economie met alle problemen en risico’s van dien. Het is te makkelijk om veroordelend te spreken of met een vingertje te wijzen. De discussie met de board van de Hakrinbank was dan ook met name constructief en onderzoekend hoe je met kleine stappen toch iets kan bereiken in Suriname. Deze gesprekken dienden om de awareness van de bestuurders en toezichthouders te vergroten en hebben we zoveel mogelijk gevoerd aan de hand van casuïstiek die specifiek op Suriname ziet. Door begrip te hebben voor de ingewikkelde situatie en met elkaar open te discussiëren hebben zowel de bestuurders als wij deze sessies als inspirerend en opbouwend ervaren. Wij gaan zeker terug om de gesprekken voort te zetten.”



Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *