Michel van Hulten
Wie weet dat vele geldtransacties (veelal contante betalingen) worden gescreend door de daartoe wettelijk aangewezen ‘meldplichtigen’? Toch is dat een feit. Ontvangers moeten het melden als zij een betaling (meestal geldtransfers) ‘ongebruikelijk’ vinden. In Nederland werd in 2017 361.015 keer gemeld (waarvan 258.059 geldtransfers. Daarna pas wordt bepaald of zo’n betaling ‘verdacht’ is en wordt die nader bekeken door toezichthouders of opsporingsdiensten. Vervolgens kregen in 2017 40.546 meldingen de kwalificatie ‘verdacht’. In België liggen de aantallen lager, de melder moet al zelf tot de constatering komen dat iets ‘ongebruikelijks’ ook ‘verdacht’ is, alvorens te melden. In verhouding tot de aantallen betalingen die dagelijks plaats vinden zijn er weinig ‘ongebruikelijk’. Wordt in onderzoek en opsporing er niet te veel aandacht aan gegeven? Neen, die weinige zijn van groot belang in het kennis verwerven omtrent het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Hoewel, ‘veel meldingen’ en weinig justitiële afdoening geeft geen tevreden gevoel. Dit is deel een van een serie artikelen over de MOT.
Al eerde vroeg ik via dit platform wat extra aandacht voor de rol die enkele grote banken (onder andere ING Bank, Rabobank, Deutsche Bank, Danske Bank en Société Générale) spelen in onze economie en maatschappij. In elk geval groot genoeg in corrupt gedrag om justitieel onderzoek uit te lokken, en gerechtelijk veroordeeld te worden tot het betalen van honderden miljoenen euro’s aan boetes en ontnemingen van ten onrechte verworven winst.
Dit past uitstekend in mijn opvatting dat ten onrechte en helaas ook bij voortduring het beeld wordt opgeroepen dat ‘het grote kwaad’ (corruptie en financiële fraude) schuilt in de ontwikkelingslanden en in de vroeger in en rond de Sovjet-Unie gegroepeerde landen. En niet bij ons. En dat corruptie toch vooral gaat om de betrekkelijk kleine bedragen die per ‘bruine envelop’ kunnen worden doorgegeven. De grote corruptie wordt niet gezien.
Als we de feiten laten spreken komen we verder dan deze beeldvorming die met name elk jaar opnieuw weer wordt bevestigd door de zo genaamde Corruption Perceptions Index, opgesteld en gepubliceerd door het Secretariaat van de NGO Transparency International in Berlijn. Die registreert ‘percepties’ (‘hersenspinsels’ noemde ik dat eerder) en daar kunnen we niet veel mee in justitieel en gedragswetenschappelijk onderzoek.
Aantal betalingen per jaar
In 2015 vonden in Nederland ruim 6,2 miljard betalingen plaats, waarvan pin-transacties 3,2 miljard en overschrijvingen 1,5 miljard. De Grenswisselkantoren (Travelex) alleen al verrichtten 2.000 transacties per uur. Per dag 17 miljoen betalingen. Per capita (bijna 17 miljoen Nederlanders) 373.
Zeer grote aantallen, waarbij in aantal de ‘foute’ transacties volstrekt niets voorstellen. Vergelijk: ook in heel 2015 waren er 312.160 meldingen van ‘ongebruikelijke’ transacties, waarvan mogelijk aan te merken als ‘verdacht’ (na onderzoek): 40.959. Slechts één op de 20.000 financiële transacties werd als ‘ongebruikelijk’ ervaren en hiervan kregen in nader onderzoek slechts een op de acht de kwalificatie ‘verdacht’ mee. Van het totale aantal transacties van 6.2 miljard zijn er ruim 40.000 gemeld en worden ‘verdacht’ bevonden, een op de 155.000. Te weinig om van betekenis te kunnen zijn?
Toch is het goed desondanks dat kleine aantal nader te bekijken. ‘Verkeerd geld’ wijst dikwijls de weg naar andere misdrijven. Als je weet hoe het geld rolt, kom je dikwijls ook veel meer te weten. Beter gezegd: kun je veel meer over de echte wereld te weten komen. Onder andere politieke corruptie komt dikwijls pas aan het licht als je weet wie wat en aan wie betaalt.
Melden van ‘ongebruikelijke transacties’ (MOT)
De banken die hiervoor genoemd werden en die diep betrokken waren bij witwassen van crimineel geld zijn niet de enigen waaraan dan aandacht geschonken moet worden. Banken mogen niet werken als ‘witwassers’ van onrechtmatig verkregen geld. ‘Ongebruikelijke transacties’ op hun rekeningen en aan hun balies moeten ze melden. Naast banken hebben ook andere financiële dienstverleners, zoals verzekeraars, effecten- en beleggingsinstellingen, geldtransactie-kantoren, creditcardmaatschappijen en casino’s een meldingsplicht als het gaat om ‘ongebruikelijke’ financiële transacties. Ook handelaren in zaken van grote waarde, zoals auto’s, kunst en antiek, schepen, veilinghuizen en juweliers, en bepaalde beroepsgroepen, zoals advocaten, notarissen, accountants, belastingadviseurs en makelaars zijn wettelijk verplicht te melden wat zij denken dat ‘ongebruikelijk’ is. In feite zijn banken slechts met weinigen onder al diegenen die meld-plichtig zijn. In 2013 slechts 43 banken, in 2017 loopt dit op tot 47 banken. De grootste categorie die ‘ongebruikelijke transacties’ moet melden zijn bedrijven in de ‘voertuigenhandel’: in 2013 534, in 2017 522. De twee volgenden in grootte van aantallen zijn de notarissen met 136 in 2013 en met 172 in 2017; en de accountants met 116 in 2013 en 219 in 2017.
Ook de Belastingdienst weet wat er in Nederland gebeurt. De eigen webpagina begint met de tekst: “Het witwassen van geld en ongebruikelijke geldtransacties komen regelmatig voor in ons land. Het gaat vaak om crimineel geld of stortingen om zwart geld wit te wassen. Om hier iets aan te doen bestaat de Wet Melding Ongebruikelijke Transacties, MOT. Maar de controle van de belastingdienst gaat inmiddels veel verder: elke contante betaling vanaf € 10.000 moet worden gescreend. De FIOD is niet de enige die u in de gaten houdt. Oppassen dus met het witwassen van geld, zowel bij meubelaankopen, een huis, een auto, goudhandelaren. Een winkelier had voor 250.000 euro aan meubels contant afgerekend en zoiets valt op.”
De auteur, Dr. Michel van Hulten, is voormalig staatssecretaris en nu lid van de Buitenkamer.
Bron: e magazine Civis Munid#81, april 2019, waarin ook de wetenschappelijke verantwoording is terug te vinden alsmede de bronverwijzingen.