Stefan Duchateau
Wanneer men politieke overwegingen teveel betrekt in investeringsbeslissingen, dan dreigt er ontgoocheling op zowel het politieke front als het beleggingsfront. Daarom houden we bij onze analyse telkens een strikte scheiding aan tussen het oppervlakkige drama dat wordt opgevoerd door zij die naar uw stem hengelen en de fundamentele onderliggende economische trends, die uiteindelijk de overhand zullen krijgen. Voor de Italiaanse volksraadpleging van 4 december zijn we echter wat meer op onze hoede. Op zich hebben we, bij wijze van grote uitzondering, enige sympathie voor de vraagstelling. Het Italiaanse politieke systeem voorziet in een ‘perfect’ bicameraal systeem, dat op papier de institutionele evenwichten bewaakt en overhaaste besluitvorming moet helpen vermijden. Maar in de praktijk creëert deze opstelling een forum voor de profilering van politici van allerlei pluimage, waardoor Italiaanse wetgevende initiatieven telkens weer spitsroede moeten lopen en een schier eindeloze lijdensweg tegemoet zien. Vermits Italië echter een dringende en onmiskenbare nood heeft aan doortastende hervormingen, roept de premier op om deze impasse (eindelijk) te doorbreken en de rol van de senaat in belangrijke mate terug te dringen. Een simpele ‘ja’ op het kiesbiljet zou hiervoor volstaan. Basta un sì…
Op het eerste zicht betreft dit een lovenswaardig initiatief waar ook meerdere partijen zich in terug zouden kunnen vinden, wat echter met een onwaarschijnlijke dosis politieke naïviteit werd aangebracht. Door zijn politieke lot eenduidig te verbinden aan de uitslag van het referendum, lokt premier Renzi natuurlijk ook onnodige, persoonsgebonden weerstand uit voor het project en lijkt het wel of hij het noodlot over zichzelf wil afroepen.
De kansen op het welslagen van zijn plebisciet zijn hierdoor eerder gering geworden met als directe gevolg dat men zich ernstige vragen moet stellen over de toekomst van Italië in het algemeen en in het bijzonder over de wil van de bewoners van het schiereiland om zich te blijven plooien naar de Europese besparingsnormen.
Voor een goed begrip: Italië heeft dienaangaande geen enkele keuze. Een terugtrekking uit de euro zou het land in een ongeziene chaos storten (zelfs naar Italiaanse normen) en om te beginnen zijn nu al precaire bancaire systeem binnen één nanoseconde in het verderf storten. Maar zelfs bij een ja-stem zouden deze problemen niet eenvoudig op te lossen zijn. Enkel via een gecombineerde inspanning met de ECB en de eurozone kunnen de noodlijdende Italiaanse banken terug vlot getrokken worden. Dat zal ook wel gebeuren, maar daarvoor is (minstens) politieke stabiliteit nodig.
ECB-voorzitter houdt zijn monetaire kruit nog droog
Intussen houdt de ECB-voorzitter zijn monetaire kruit nog droog. Hij laat de Italiaanse rente wat hoger opveren, maar drukt zich tegelijk zeer resoluut uit over zijn intenties indien er toch wat zou dreigen verkeerd te lopen. Maar bij verder intern verzet in Italië zullen er vanuit Duitsland steeds meer vragen rijzen over de zin (of onzin) van het opkopen van Italiaans staatspapier door de ECB (met hoofdzakelijk Duits geld).
Toch is niet iedereen ervan overtuigd dat Italië beter af zou zijn met een ja-stem. The Economist verwijst (in het geval van doorgevoerde institutionele hervormingen na een overwinning van het ja-kamp) naar een eventuele latere verkiezingsoverwinning van een of andere labiele partijleider, die dan quasi ongebreidelde macht naar zich toe zou kunnen trekken.
Een nee-stem zou anderzijds een machtsvacuüm en de gebruikelijke politieke wanorde uitlokken, waardoor een technocratische regering zonder schatplichtig te moeten zijn aan een achterliggende populistische agenda, de nodige economische hervormingen kan doorvoeren en Italië op koers kan houden. De handelspositie van Italië verbetert immers geleidelijk, terwijl de economie aan efficiëntie lijkt te hebben gewonnen over de laatste 5 jaar. Ça reste possible, alors … ?*
* Als troost voor Sarkozy
De auteur, Stefan Duchateau is Professor en hij doceert onder andere Portfoliomanagement, Financial Engineering en Financieel risicobeheer aan de HUB (Brussel), Security Selection, Portefeuillebeheer en beleggingsleer aan de KU Leuven en Financial Derivatives aan de UHasselt.
Basta un sì?
30 november 2016